Monthly Archives: March 2003

Stephen Jones – Almost Cured Of Sadness

Thuisfröbelaars zijn er nogal wat in de popmuziek. In Nederland is Spinvis natuurlijk hét voorbeeld van dit moment. Op zijn zoldertje in Nieuwegein knutselde hij een plaat in elkaar die volgens sommige het beste is dat er ooit in Nederland gemaakt is en anderen gruwelen ervan. In Engeland hebben ze ook zo’n gezellige thuisknutselaar in de persoon van Stephen Jones. Misschien herinner je je hem nog van zijn werk met Babybird. In Engeland hadden zij een min of meer toevallige hit met “You’re Gorgeous” van de CD Ugly Beautiful, maar in Nederland is er op een optreden in de Melkweg na niet zo heel veel gebeurd. Het leek wel of Jones alleen maar in de studio verbleef in die tijd. In vijf jaar tijd kakte hij maar liefst acht platen uit. Niet zo raar dat je het daarna wat rustiger aan doet. Jones is nu dus onder zijn eigen naam verder gegaan en op Almost Cured Of Sadness gaat hij lekker verder met prutsen. En wat voor een album. Het is 19 songs geknutsel op de vierkante centimeter. Weird is een understatement voor platen als deze. De plaat zit echt tot de rand toe gevuld met geluidjes loopjes en ‘echte’ instrumenten die van een luisteraar nogal wat vergen. Funk, hiphop, dance, beats je krijgt het allemaal voor je kiezen. Af en toen heeft het wel wat weg van Beck‘s niet akoestische platen (“Sitting In My Graveyard”) en Grandaddy met beats (“My Girlfriend Killed Jesus”). Jones zijn kopstem die in ruim de helft van de nummers de overheerst, ligt niet altijd even gemakkelijk in het gehoor en daarom is het wel fijn dat je af en toe ook nog eens zijn gewone stem hoort. Voor dit album geldt hetzelfde wat geldt voor Spinvis zijn debuutplaat. Óf je vindt het fantastisch en ziet het als één grote luistertrip of je wordt er stapelgek van en gruwelt na drie minuten van het geheel je voorgeschoteld krijgt. Dus of zwart of wit en nergens grijs, en dat is best prettig, want van die platen voor de grijze massa zijn er al meer dan genoeg.

File: Stephen Jones – Almost Cured Of Sadness
File Under: Knutselpop die óf afstoot óf aantrekt

American Hi-Fi – The Art of Losing

In een ander en beter leven was Stacy Jones drummer van Letters To Cleo en Veruca Salt. Was hij maar in de dat leven gebleven, want wat hij ons voorschotelt met American Hi-Fi op The Art of Losing is namelijk te triest voor woorden. Met rijmelarij die het niveau van een peuter krijgen ze het zelfs voor elkaar om mij te irriteren en daar is aardig wat voor nodige, want ik sta nou niet echt bekend om mijn kieskeurigheid als het om teksten gaat. Het zal ook wel komen doordat de muziek ook nog eens knap beroerd is. Bij elkaar gejatte cliché punky riffs die al veel beter uitgevoerd en in betere liedjes verpakt zijn door Weezer, Green Day en aanverwanten. Een schande eigenlijk dat ik ze hier noem. Voeg daarbij een stem die klinkt alsof Jones net een kleine doses helium tot zich genomen heeft en dan zingen “All the bitches in the back C’mon c’mon get up get up (woah) I know you know its never forever” en en passant ook nog even J Geils’ zijn “Nah Nah Nah” gebruiken uit zijn hit “Centerfold” In de titeltrack ook nog eens Kim Wilde tot wanhoop drijven door haar “Kids In America” er doorheen te husselen na het zingen van het briljante “Hey ho let’s go I’m gonna start a riot You don’t wanna fight it One two fuck you Don’t tell me what to do I don’t wanna be like you”. Het is maar goed dat ik dit zit te typen anders zakt mijn broek er spontaan van af. Alle andere punkpopbands (ja ook Good Charlotte) zijn hierbij vergeleken ongeveer heilig, maar het zal wel weer goed zijn voor een miljoenenverkoop (vooral in de States natuurlijk) en Jones lacht waarschijnlijk mooi in zijn vuistje bij het tellen van zijn dollars… Er moet toch iemand zijn die ons tegen dit soort rommel kan beschermen? Misschien kan iemand kikker Stacy weer overhalen om weer te gaan drummen bij of Letters to Cleo of Veruca Salt?

File: American Hi-Fi – The Art of Losing
File Under: Crap, Rommel, Puin

FC Kahuna – Machine Says Yes

Geen idee eigenlijk waarom het is, maar voor de Nederlandse versie (en misschien wel voor de rest van de wereld) heeft FC Kahuna de tracklisting van hun debuut-album Machine Says Yes op de kop gezet. Blijkbaar waren ze toch niet helemaal tevreden over de luistertrip die Machine Says Yes zou moeten zijn. Raar genoeg hebben ze de ene rustiger track “Fear of Guitars” verwisseld met de andere “Hayling”. Raar omdat dat nu juist de twee rustiger tracks zijn van deze plaat. “Hayling” zet je namelijk op het spoor van Air met zijn laidback dromerige tempo en vrouwenzang van ex-Gus Gus zangeres Haftis Helde. Daarna is het voorlopig echter even gedaan met de rust en kunnen de voetjes van de vloer. De hele mikmak aan techno, bigbeat, disco en electro electrobliebs trekt aan je oren en voeten voorbij, doet je denken aan Daft Punk (“Glitterball”), Mr. Oizo (“Bleep Freak”) en natuurlijk ook Chemical Brothers en zorgt ervoor dat je tot minimaal track zes je zwetend “North Pole Transmission” op de dansvloer staat te zweten. Even 5 minuten rust met “North pole transmission”, tijd voor een koud pilsje, mixje of what je ook preferereert en vervolgens er weer vol tegen aan tot afsluiter “Fear of Guitars” met zijn rare vervormde gitaren en dito stem van Super Furry Animal Gruff Rhys. Misschien is dat wel de reden dat de heren Ormondroyd en Nowell (of wel Dan en John Kahuna) besloten hebben tot reshuffle van de tracks, zet je de CD nu op repeat ben je de hele avond onder pannen!

File: FC Kahuna – Machine Says Yes
File Under: Voeten van de vloer!

Camping – Photo Finish

Astro / Sonic

Ik kom er bijna niet onderuit bij een nieuwe Post-Rock-band. Altijd eerst even onder de loep leggen om te kijken of je niet te maken hebt met een Mogwai– of Explosions In The Sky-kloon en vervolgens leg je ze langs de meetlat om te kijken of ze net zo goed als, of liever nog beter dan, deze twee zijn. Gewoon een goede manier om het kaf van het koren te scheiden, want er komt ook best wat pruttel uit namelijk. Camping‘s Photo Finish ligt vandaag langs dit latje en ze komen er verdomd goed vanaf. Natuurlijk moet je aan Mogwai denken en natuurlijk moet je aan Explosions in the Sky denken, maar in dit geval is dat helemaal niet erg, want de songs zijn wel zo verdomd lekker en relaxed dat je dit al luisterend geen seconde stoort. Lampen dimmen, volume goed hoog en je laten leiden door de door elkaar lopende gitaarlijnen van de twee gitaristen zoals bijvoorbeeld in “Nic 09” (geweldig gewoon!) of “Elvis Homerovitz”, waarin in de laatste ook nog eens op aandoenlijke wijze in het engels gezongen wordt door de Barcelonezen. Ontroerend, melancholisch en warme melodielijnen, met af en toe een eruptie aan lawaai en zelfs kippenvel gevend. Niet slecht voor een groep die zich Camping genoemd heeft omdat drie van de vijf leden elkaar op de camping stonden. Nu nog zorgen dat die Camping ook een eigen website krijgt, want ik zocht me het apelazerus naar een ‘official website’ maar kon niets vinden helaas. Hopelijk is het niet zo lastig om Photo Finish in de platenzaak te vinden, ik vrees het ergste, en anders neem je de CD gewoon mee als je terugkomt van vakantie uit Spanje. Je kunt ook de tussenpersoon in Nederland mailen en die zal je zeker willen helpen. Bizarre afsluiter van Photo Finish is overigens een cover van Napalm Death‘s “You Suffer” en Camping oprekt tot maar liefst een versie van 8 seconden versie waarvan 5 stilte zijn en 1 aftikken door de drummer , waar de Napalm Death versie volgens mij maar 4 seconden duurde. Was toch al wel zeker 13 jaar geleden dat ik die voor het laatst hoorde.

File: Camping – Photo Finish
File Under: Post-Rock

A-Ha – How Can I Sleep With Your Voice In My Head

Ik zal de laatste zijn om te bekennen dat ik niet een zwak had voor A-ha. Zeker op Hunting High and Low en East of the Sun, West of the Moon staan pareltjes van popmuziek. Nadat Morten Hackett in de Here raakte en A-ha er meede hierom na het matige Memorial Beach uit 1992 de pijp aan Morten gaf, had ik niet verwacht nog weer wat van de heren te horen behalve misschien hooguit een obligate reunietour en verzamelaar en een optreden op de Heineken Night of the Proms. Tot mijn verbazing kwam er echter in 2001 een meer dan smakelijk tweede deel aan de Noorweegse successtory waarvan iedereen verwacht had dat het bij een one-hit-wonder zou blijven na het in tweede instantie toch een hit geworden “Take On Me”. En dat natuurlijk voornamelijk door één van de meest beroemde video-clips ooit. Lifelines en vooral Minor Earth Major Sky stonden echter ook weer vol catchy pop. Ik had het eigenlijk wel verwacht, maar was toch wel een beetje verrast, dat bijna 20 jaar na dato de liedjes van A-ha’s debuut Hunting High and Low fier overeind blijven in een live-uitvoering uit 2002. Eigenlijk wel een slimme zet, niet een Greatest Hits uitbrengen, maar een live-plaat. Want maak je van How Can I Sleep With Your Voice In My Head zo’n verzamelaar, dan heb je grote kans dat het allemaal wat gedateerd gaat klinken, maar juist doordat het een live plaat is het stof flink van nummers als “Hunting High and Low” en “Take On Me” afgeblazen en klinken ze verbazingwekkend levendig on-glad en anno nu. Niet alle hits komen voorbij (als je “Cry Wolf” wilt horen moet je er rap bij zijn, want die zit alleen op de tweede CD van de eerste limited persing), maar wel een evenwichtige set van A-ha part one en part two, waaruit blijkt dat de nieuwe liedjes helemaal niet onder doen voor de oude, alleen heb je ze minder gehoord op de radio, maar goed A-ha is in de oren van de hedendaagse zendercoördinatoren natuurlijk ook goed fout.

File: A-Ha – How Can I Sleep With Your Voice In My Head
File Under: Live A-ha Erlebnis

Athlete – Vehicles and Animals

Sinds 3 dagen is het lente en buiten ziet alles er in één keer ook een stuk anders uit. Alles lijkt in één keer te bloeien, de ogen en neus lopen al weer over van de hooikoortstranen en snot. It’s Getting Hot in Here! zingt het vriendje van Justin Timberlake, Nelly dan ook. Maar daarin is hij niet alleen ook het Londonse Athlete beweert het op haar singletje “You Got The Style” dan in hun geboorteland al de hitlijsten haalde vorige zomer. Met een Blur-achtige frisheid blijft dit nummer net zo gemakkelijk hangen als zijn Nelly-tegenhanger, maar is natuurlijk veel leuker dan Nelly en gaat bovendien écht over iets (broeikaseffect), alhoewel. Athlete laat op Vehicles & Animals een aanstekelijke mix van horen van het goede van de britpop uit de jaren 90 vermengd met Grandaddy (Casio!), Pavement, maar voegt daar ook nog jaren 80 bands als XTC en Squeeze aan toe. Als zanger Joel Pot zingt: Ohhhhhhh This Is Beautiful in “Beautiful”, getuigt dit van perfecte zelfkennis en kan ik hem niet eens arrogant noemen, want hij heeft namelijk groot gelijk. Kijk, dit is nou eens een lekkere frisse plaat om de lente mee te beginnen! De drie sterren op de hoes van Vehicles and Animals zijn er minimaal één te weinig als je denkt op een schaal van 5.

File: Athlete – Vehicles and Animals
File Under: Lichtvoetige Indie voor het voorjaar

The Bad Plus – These Are The Vistas

Je dacht altijd dat “Smells Like Teen Spirit” het volkslied van de hele grunge-generatie was? Dan valt je, zeker als je de cover van Tori Amos en een kind van de jaren 90 bent, de bek open als je die van the Bad Plus hoort. De heren hebben het namelijk helemaal naar hun hand gezet. Je geloofd het bijna niet, maar naar het schijnt had pianist Ethan Iverson “Smells Like Teen Spirit” nog nooit gehoord had tot het moment dat ze de studio ingingen. Yeah right, zeker de hele negentiger jaren ingevroren gezeten op de zuidpool en pas in september 2002 weer ontdooit vlak voordat hij samen met Reid Anderson (contrabas) en David King (drums) These Are The Vistas opnam. Hoedanookdaarentegentoch, wat een uitvoering! De energie, chaos, emotie maar toch catchy melodie van Nirvana heeft deze versie helemaal, maar wel heel verrassend anders. Ook de twee andere covers op These Are The Vistas zijn verrassende uitvoeringen. De ene is Blondies‘ “Heart of Glass”, dat bijna onherkenbaar is op bepaalde punten, maar daardoor juist zo leuk omdat de piano de melodielijn wel vasthoudt met één hand en ondertussen varieert met de andere. Af en toe lijkt het wel of Iverson vier armen heeft in plaats van twee. De andere is Aphex Twins’ “Flim”, die je nou niet echt gelijk met een jazz-combo associeert, maar al wel een pianolijntje heeft dat zich leent dat zich eigenlijk prima leent voor een jazzy uitvoering. Maar goed, het zijn niet alleen de covers die deze plaat lekker maken. Integendeel het maakt niet zoveel uit. Als het tempo er wat ingaat hapt These Are The Vistas lekker weg, zoals bijvoorbeeld in openingtrack “Big Eater” en “1972 Bronze Medalist”, maar er is ook genoeg ruimte om wat meer te relaxen zoals in het bluesy “Guilty” en bonustrack “What Love Is”. Ik ben niet zo’n Jazz-erd, maar het kleine uur dat deze plaat duurt zit ik met gemak uit, zonder in slaap te doezelen of hypernerveus te maken, zelfs niet in het meer dan acht minuten durende “Silence is the Question”!

File: The Bad Plus – These Are The Vistas
File Under: Jazz is not dead, it just smells like teen spirit

Timelock – Circle of Deception

In de jaren 90 had Nederland het goed voor elkaar met de symfonische rock. Met SI-Music hadden ‘we’ een sterk label dat echt hart voor symfonische rock had én goede platen afleverde. Begonnen als alleen tijdschrift werd hier begin jaren 90 een platenmaatschappij bijgevoegd. Briljante meesterzet waren de SI-Samplers die voor een prikkie (10 piek toen) te koop waren. En volgens mij hadden deze sampler ook best een belangrijke bijdrage in het succes van de releases van SI waren de in dat geheel. Voor mij althans waren die samplers wel een reden om CDs aan te schaffen van bands die op dat label zaten. Zo kocht ik onder andere CDs van Landmarq, Tracy Hitchings (nu zangeres van Landmarq), Aragon, Wings Of Steel en nog een stuk of tig. Helaas ging ondanks dat nog geprobeerd is SI-Music te redden door het label bij Roadrunner onder te brengen de boel op de fles. Dat was best jammer, want SI bracht leuke meer dan behoorlijke symfoplaten uit. Op SI-Music zaten ook aardig wat Nederlandse bands. Eén daarvan was Timelock. Ze brachten twee platen uit op SI-music, Louise Brooks en The Dawn die je nergens meer zult vinden overigens, want de orginele SI-releases zijn echt nergens meer te vinden alhoewel velen wel opnieuw uitgebracht, maar om de één of andere reden zijn ze bijna allemaal voorzien van verschrikkelijk artwork terwijl de orginelen er prachtig verzorgd uitzagen. Ik dacht eerlijk gezegd dat Timelock een stille dood was gestorven en er nooit meer wat van hun zou verschijnen. Tot mijn verbazing is er nu namelijk Circle of Deception. En Timelock klinkt alsof de band nooit zijn weggeweest is. Dat is ook gelijk mijn bezwaar bij deze plaat. Het klinkt me teveel alsof deze in 1996 gelijk na The Dawn verschenen is en niet als een band die zich in acht jaar veel verder ontwikkeld is. Je zou natuurlijk ook kunnen zeggen waarom mag een band niet voort borduren op een geluid dat ze had. Zit wat in, maar mijn smaak heeft zich wel verder ontwikkeld (ik laat maar even in het midden of het de goede kant op is) en ik had gehoopt dat Timelock dat ook meer gedaan. Wat ik nu krijg bij deze plaat zijn prettige herinneringen aan een tijd die ooit was. Studeren in Groningen, CDs scoren bij Drent CD-shop of cd plato, (veel) bierdrinken op de Grote Markt in de zon. En dus SI-music en Timelock. Vond je het toen leuk en luister je er nog steeds naar, dan kun je het dus blind aanschaffen.

File: Timelock – Circle of Deception
File Under: Kleine teleurstelling, want blijven hangen in de jaren 90

Joe Jackson Band – Volume 4

Ryko / Rough Trade

Waar komt het in godesnaam vandaan, al dat enthousiasme om de nieuwe Joe Jackson? Alsof de man ooit weggeweest is of jarenlang alleen maar slechte platen uitgebracht heeft. Niets van dit al toch? Iemand die zijn eigen plan trekt en zich niet blindstaart op de recensies in de bladen weet namelijk wel beter! Natuurlijk heeft Jackson ook wel mindere platen uitgebracht. Dat doet elke artiest, maar bij Joe Jackson moet je toch wel verdomd goed zoeken in zijn omvangrijke repertoire. Ik kan me best voorstellen dat niet voor iedereen zijn experimenten om als serieuze componist (lees klassiek) op Will Power, Night Music en Symphony no.1. te behapstukken zijn, maar ga me nu niet zeggen dat ze slecht zijn, want dan heb je er weinig van begrepen. Maar goed in dezelfde bezetting waarin Joe Jackson zijn legendarische eerste platen opnam nam Jackson dus een nieuwe plaat op. En ja die is goed, maar dat waren de voorgangers Summer in the City: Live in New York, Night and Day II en Two Rainy Nights (die was overigens alleen via internet te koop) uit respectievelijk 2000 en 2002 óók. Alleen heeft u daar als lieve lezer voor het grootste deel niets over gelezen omdat het nergens stond! Ok Night & Day II kreeg nog wel iets aandacht omdat de eerste Night & Day wel erg succesvol was en op deze manier (vooral ook zo lang na dato) niet echt vaak een vervolg gemaakt wordt op een succesvolle plaat, maar verder…. niets van dat al. Gewoon weer een goede Joe Jackson plaat die hooguit wat harder uit je speakers knalt. Bookmark dus gewoon die Joe Jackson site en lees deze van tijd tot tijd. Mist u in het vervolg niets meer.

File: Joe Jackson Band – Volume 4
File Under: Volume op 10

Melys – Casting Pearls

Je zegt niets raars als je beweert dat voor meester John Peel Melys uit Wales, misschien samen met Belle & Sebastian zijn favoriete leerlingen zijn. Ze mochten al zeven keer voor de klas komen bij meester Peel, volgens mij mogen ze zelfs wel John zeggen ondertussen, om hun kunsten te vertonen. En omdat ze zo goed hun best gedaan hadden mochten ze ook nog eens Radio One vertegenwoordigen op het Eurosonic Festival in het jaar dat ze de “Radio One festive 50” wonnen en lieten in dat jaar gehypte namen achter zich als The Strokes en de White Stripes. In Nederland zijn ze toch ook wel aardige geliefd. Op Eurosonic maakten ze met de mierzoete stem van zangeres Andrea Parker veel indruk en ook over het optreden op London Calling Festival niets dan goeds gelezen. Bovendien bracht Transformed Dreams een compilatie (Suikerspin) uit van allemaal al lang uitverkochte EPs en singles. Nu is er dus een ‘echt’ nieuw album Casting Pearls. Melys klinkt op alle tracks wederom tintelfris wat vooral te danken is aan de kraakheldere stem van Parker. Ze mag nog zo boos toegezongen worden ( Cock-sucking narrow-minded selfish media whore uit “Plasticine” is toch niet niets) ze blijft vriendelijk klinken. Echt zo’n stem van een vrouw die je helemaal verrot kan schelden en dat het toch altijd lief klinkt wat ze zegt en dat is ook een kunst. Muzikaal mixt Melys op aangename losse manier dromerige gitaarpop (Lush is het eerste wat me te binnen schiet) met electronica, flarden samples en synthesizers. De tracks waarop een ‘boze’ tweede stem te horen is, “My Drowner Pill” en opener “Plasticine”, zijn wel mijn favoriete tracks van deze plaat omdat alleen maar zoet ook zoiets is. En natuurlijk zitten ze al weer in John Peels platenkoffer van januari want een lievelingsleerling zorgt wel dat ze dat witte voetje behoudt bij haar favoriete leraar…

File: Melys – Casting Pearls
File Under: Zoetzure Parels