Monthly Archives: October 2012

Andy Burrows – Company

PIAS

Andy Burrows - CompanyJe grootste hit wordt door iedereen op de wereld meegezongen, maar niemand weet dat jij hem hebt geschreven. Multi-instrumentalist en singer/songwriter Andy Burrows overkwam het met Razorlights “America”. Ten tijde van die hit was hij ‘slechts’ de drummer van die band, maar dat hij veel meer in zijn mars had werd al snel duidelijk. Hij stapte op, ging bij We Are Scientists aan de slag, richtte I Am Arrows op en maakte vorig jaar nog een prachtplaat met Tom Smith van Editors. In de tussentijd werkte hij ook nog aan liedjes voor zijn eerste soloproject, vandaar dat nu zijn debuut onder zijn eigen naam voor me ligt. En een fijne plaat is het geworden. Tien beatlesque liedjes prijken op de plaat, vergelijkbaar met Crowded House in hun hoogtijdagen. En natuurlijk gaan de meeste liedjes over dat ene onderwerp, maar zoals Burrows hartzeer beschrijft in titeltrack “Company” kunnen er maar weinig. Burrows wisselt regelmatig van stijl, maar houdt verrassend genoeg een eigen geluid. Single “Keep on moving on” is een lekker uptempo nummer met een heuse gitaarsolo (de enige die hij niet zelf speelt getuige de videoclip). “Maybe You” leunt op een wals en met “Hometown” heeft hij naar mijn mening de opvolger van zijn grootste hit met Razorlight te pakken. Dat ook Burrows zelf nog twijfelt over de liefde bezingt hij in “If a had a heart”. Met de regel ‘If I had a heart, was good to you, what good would that do now’ beschrijft hij de eeuwige twijfel die iedere man in zich heeft. Het nummer heeft overigens een hele metamorfose ondergaan sinds de eerste singlerelease in 2011. Deze keer is het onder andere voorzien van een fraaier strijkersarrangement. Al met al is dit debuut met al zijn melancholiek een prima plaat om de komende herfst mee door te komen. En die daarna ook nog, want na een eerste draaibeurt is al meteen duidelijk dat dit een tijdloos album is geworden. En hiermee hoeft hij zich niet meer zorgen te maken dat hij gezien wordt als ‘de drummer van Razorlight’. Burrows kan het makkelijk alleen.

File: Andy Burrows – Company
File Under: Onder het juk van Razorlight vandaan
File Audio: [Andy-Space]
File Video: [Because I Know That I Can]

The Shins – Wonderful Christmastime

Soundcloud

The ShinsNog krap 2 maanden en dan is het weer kerstmis. In die 2 maanden wordt je in zowat elke winkel doodgegooid met de meest gruwelijke kerstartikelen. En natuurlijk komen er weer tig kerstcd's op de markt waarvan men hoopt dat er velen onder de kerstboom zullen belanden. Meestal zijn ze het aanhoren niet waard maar de cd Holidays Rule bevat zowaar nog wel een aardige line-up van onder anderen Calexico, Rufus Wainwright en Andrew Bird. The Shins hebben Paul McCartney's “Wonderful Christmastime” afgestoft. Hoe dat klinkt kun je hier beluisteren.


Get Well Soon – The Scarlet Beast O' Seven Heads

City Slang

Get Well Soon - The Scarlet Beast O' Seven HeadsIk zou natuurlijk kunnen zeggen dat ik deze derde plaat van Get Well Soon in eerste instantie wat meer van hetzelfde vond klinken, dat er een aantal zwakkere broeders op staan, dat het een iets te lang album is, dat er best wat meer venijnige gitaren in hadden gekund, of dat zanger Konstantin Gropper bij tijd en wijle weer iets te weemoedig klinkt. Maar dat ga ik niet doen. Daarvoor hou ik te veel van deze band. Sinds festivals de-Affaire en Lowlands 2008 ben ik onder de indruk van deze Duitsers en ik heb ze gelukkig regelmatig live aan het werk kunnen zien, recent nog in de Effenaar. Ik kende het nieuwe werk toen nog niet heel goed maar met een nummer als “Roland, I Feel You” wist de band me daar ter plekke toch weer onverwachts diep te roeren, terwijl ik toch een nuchtere kerel ben. Wat een prachtig nummer is dat. Hoe briljant kun je melancholie mengen met opgewektheid. Verona Gropper, zuslief van de zanger/gitarist, zong haar “oeh-oeh-oeh” hier zo prachtig mooi dat ik nu denk dat engelen – als ze al bestaan – zo horen te zingen. Na een hoop luisterbeurten van het nieuwe album The Scarlet Beast O'Seven Heads weet ik dat de band toch opnieuw magnifiek werk heeft afgeleverd. Zo horen ook “The Last Days Of Rome”, “Just Like Henry Darger” en “You Cannot Cast Out The Demons (You Might As Well Dance)” inmiddels tot mijn favorieten. Dat Get Well Soon de kleine zaal in Eindhoven nog niet half vol kreeg is eigenlijk onbegrijpelijk, want deze band hoort niet in de luwte te opereren en verdient net zo veel respect als een aantal andere indiefolkbands die wel veel publiek op de been weten te brengen. Met deze diepgang verdienen ze meer aandacht. Zie de muziek als romantiek uit vervlogen tijden en laat je meevoeren in bezinning of sprankelende hoop. Misschien kom je dan tot dezelfde conclusie als ik: Get Well Soon is een band om lief te hebben.

File: Get Well Soon – The Scarlet Beast O' Seven Heads
File Under: Om lief te hebben
File Audio: [MySpace: You Cannot Cast Out The Demons] [Grooveshark]
File Video: [Roland, I Feel You]
File Social: [Twitter] [Facebook]

Two Gallants – The Bloom And The Blight

ATO

Two Gallants - The Bloom And The BlightNa een afwezigheid van vijf jaar zijn de twee heren van Two Gallants terug met een nieuw album. Het voorlaatste wapenfeit van jeugdvrienden Adam Stephens en Tyson Vogel, Two Gallants uit 2007, was over het algemeen goed ontvangen door pers en publiek. Hierop waren de meest scherpe randjes van hun bonte mix van folk, America en punk verdwenen. De zwaarmoedige teksten van voorganger What the Toll Tells– veelal verhalend over het wilde westen, verdwaalde cowboys en andere verschoppelingen in het Amerikaanse landschap – waren er grotendeels nog steeds zij het minder grotesk. Two Gallants leek de juiste formule te hebben gevonden tussen experimenteerdrift en het klassieke liedje. Anno 2012 is folk een ander genre dan het in 2007 was. Sedertdien heeft de muziekrichting een opmars gemaakt met artiesten als the Tallest Man on Earth, Bon Iver en Fleet Foxes. Hoe weet Two Gallants zich tussen al dit folkgeweld staande te houden? Nou, dat weten ze niet. The Bloom and the Blight beklijft niet en valt op door zijn middelmaat. Geen enkel nummer weet tekstueel en muzikaal het niveau van hun eerdere werk te halen. Het is voornamelijk repetitie wat de klok slaat. Two Gallants lijken op momenten zelfs een persiflage op zichzelf te zijn geworden. Het is zuchten geblazen bij wéér een nummer over een ter dood veroordeelde man die zogenaamd hartverscheurend afscheid van zijn liefde moet nemen (“Halcyon Days”). De vele tempowisselingen en hard/zacht structuren kennen we inmiddels ook wel. Bij een instrumentarium dat zich beperkt tot drumstel en gitaar – een formule die de twee al hun gehele carrière hanteren – ligt eentonigheid al gauw op de loer. Waar dit in voorgaand werk vermeden werd door bijvoorbeeld inventief mondharmonicaspel ontbreekt op dit album de variatie. Sterker nog, de mondharmonicapartijen die er te vinden zijn, klinken zielloos en willekeurig (“Broken Eyes” – vergelijk dit bijvoorbeeld eens met het eerdere “Despite What You’ve Been Told”). De vraag rijst op of na vijf jaar tijd de heren van Two Gallants echt niet met iets beter hadden kunnen komen. Laten we hopen dat deze misser toe te schrijven is aan een gebrek aan speelritme en dat ze in de nabije toekomst een beter werk zullen afleveren.

File: Two Gallants – The Bloom And The Blight
File Under: Misser
File Audio: [Gallants-Space]
File Video: [YouTube]
File Gast: Guus

The Antlers – Drift Drive

Video

AntlersThe Antlers hebben een nieuwe video gemaakt. “Drift Drive” komt van hun deze zomer verschenen Undersea EP. Da's niet zo heel bijzonder allemaal, maar gezien het feit dat de band uit New York komt misschien een beetje een curieuze samenloop van omstandigheden. Dat zal vast de reden zijn dat de The Antlers een kattebelletje achterlieten bij de video:

Considering all that’s just happened in NYC, today is a strange day to debut our new video, but it feels oddly appropriate too.
James Case-Leal created this beautiful piece to accompany “Drift Dive”. We hope it provides you with some comfort in the face of all this devastation.
We love you, New York.

Wij geloven hen.


Milk Maid – Mostly No

Fat Cat

Milk Maid - Mostly NoMartin Cohen van Nine Black Alps vond het nodig om in 2009 zijn solo-project Milk Maid in het leven te roepen. In eerste instantie zag hij zich genoodzaakt om de lo-fi van de jaren negentig te verbinden met de indiepop van Engeland. Op voorganger Yucca hoorde je dan ook dat My Bloody Valentine en Lush niet ver af stonden van Sebadoh en Dinosaur Jr. Prachtig, want het leverde nogal wat feedback en echo op in een tumultueuze pot herrie. Maar ook briljante liedjes. Echte popparels waar Robert Pollard van Guided By Voices jaloers op zou zijn. Nu, met Mostly No, gaat Cohen nog een stapje verder. Hij legt niet alleen een link tussen de lo-fi en indie, hij ziet parallellen tussen de psychedelica van Syd Barrett en de singer-songwriter-psychedelica van San Francisco in de jaren zestig. Dan zie je dat er weinig verschillen waren tussen Bob Dylan toen en de Britse sixties. Tegelijkertijd zie je ook dat bands als Yo La Tengo en Pavement zich enorm tot de troubadours van de Bay Area voelden aangetrokken. Mostly No is een meer dan geslaagde muziektrip dat bedoeld of onbedoeld enorme verbanden legt tussen stijlen en continenten. Briljant uitgevoerd met prachtige liedjes, heerlijke botte vocalen en gruizige gitaarpartijen. Bakesale van Sebadoh heeft er een erfgenaam bij.

File: Milk Maid – Mostly No
File Under: Lo-fi en indie to the max

Geoff Tate – Kings & Thieves

Inside Out / EMI

Geoff Tate - Kings & ThievesZelden zal er zo snel zoveel vuile was buiten gehangen zijn als bij de breuk tussen Geoff Tate en de overige leden van Queensrÿche. Wat in elk geval duidelijk werd, is dat er al jaren onenigheid was over de muzikale richting. Gezien de variatie in albums de laatste jaren (het coversalbum Take Cover, de metalplaat American Soldier en het poppy-progressieve Dedicated To Chaos) is dat geen echte verrassing. Ik geloof dat ik een van de weinige fans ben die zowel het metalwerk als het poppier werk (Hear In The Now Frontier, Dedicated To Chaos) waardeert. Het laatste album eindigde in mijn jaarlijstje en draai ik nog regelmatig. Ik ben daarom waarschijnlijk ook een van de weinigen die beter wordt van de split van Queensrÿche. De kans leek me in elk geval groot dat Tate meer op de voet van het progressievere werk zou doorgaan en de rest met de metalkant. InsideOut was er als de kippen bij om Tate te tekenen en nu is er inderdaad een proggy album, Kings & Thieves, het begin van de rest van de carrière van Geoff Tate. Voor zijn band heeft hij inmiddels Bobby Blotzer (drums, ex-Ratt), Rudy Sarzo (bas, ex-zo'n beetje alles), Glen Drover (gitaar, ex-Megadeth), Kelly Gray (ex-Queensrÿche) en Randy Gane (voor Queensrÿchefans beter bekend als Randy Damage, toetsen) gerekruteerd. Alleen de laatste twee zijn op Kings & Thieves te horen. Ter geruststelling: het is geen popalbum, zoals zijn debuut in 2002, het had prima een Queensrÿche-album kunnen zijn. Maar – niet onverwacht – wel een plaat met de nodige progressieve invloeden. En Tate toetert er een paar keer tussendoor op z'n sax, zoals in “The Way I Roll”. Wat ook heel duidelijk te horen is, is dat Tate grotendeels heeft willen aansluiten op het geluid van Dedicated To Chaos. Luister maar eens naar de ijle bliepjes in “Change”, na het groots en meeslepende intro van twee minuten. Producer van beide albums is Kelly Gray, en dat is te horen. Het gitaarwerk is wat prominenter en riffier dan op Dedicated To Chaos, maar anders dan de rest van Queenrÿche lijkt Tate er weinig voor te voelen terug te keren naar het vroege geluid. En gelijk heeft hij, wat mij betreft. Kings & Thieves is spannend door de progressieve elementen die volop aanwezig zijn en is net als Dedicated To Chaos voorzien van een fantastisch geluid. Ik vermoed dat de “metaaaaaaal!”-Queensrÿchefans bij dit album gaan afhaken, maar dat Tate nieuwe deuren opent naar de afdeling prognerds. En ik? Ik ga met interesse de nieuwe Queensrÿche zitten afwachten, terwijl Kings & Thieves ook zijn rondjes zal blijven draaien.

File: Geoff Tate – Kings & Thieves
File Under: Waar deuren gesloten worden openen zich nieuwe
File Video: [lyric video “Dark Money”]
File Spotify: [Kings & Thieves]